Rondje Peleponnesos
Hoe het ging met de aankoop van zijn Format 400 catamaran in Kroatië, vertelde Peter Le Belle al eerder in CTC-Nieuws 269. Deze keer gaat het over zijn Odyssee in Griekenland. Een lekker lang vakantieverhaal.
Peter Le Belle
Wat ging vooraf?
In 2021 zijn we uit Kroatië naar meer financieel acceptabele wateren in het zuiden gevlucht. Naar Griekenland. Land van de Griekse hospitality en de historie die daar op elke hoek van de straat tevoorschijn komt.
In 2022 heb ik Windraker aangepast aan mijn stahoogte. Met hulp van een lokale polyesterexpert heb ik het cabinedak aan de achterkant een stukje omhoog gebracht. Nu heb ik vrije doorloop zonder te bukken. Begin hier niet zomaar aan. De Format 400/Broadblue Rapier 400 is een open brugdek catamaran. Het dak van de cabine is er los op gebouwd en niet belangrijk voor de constructie. Natuurlijk moest ook de achterkant van de giek een stukje omhoog en het onderlijk van het grootzeil bijgesneden.
Verder is er boven de stuurstand een nieuwe bimini gemaakt. Die heb je echt nodig in Griekenland. En om de cockpitvloer bij het ankeren en in de havens droog te houden in voor- en naseizoen maakten we een cockpittent. Je zou er zelfs met slecht of koud weer mee kunnen varen.
Mobiele havenlichten
Die dag had ik me van de kade van Preveza losgetrokken om aan de overkant bij de boatyards aan hogerwal te gaan liggen. Er was een stormpje voorspeld. Goede ankergrond, een vijf kilo zwaarder dan geadviseerd Vulcan anker en voldoende ketting moesten het doen. De Windraker was er klaar voor.
Toch wekte mijn ankeralarm me om één uur ’s nachts. Ik zag de havenlichten zich naar voren verplaatsen en de volgende havenlichten zich al aandienen. Toen ik de spruit van het anker had gehaald en meer ketting had bijgestoken bleven de havenlichten gelukkig op hun plek. Tot mijn schrik en verbazing zag ik een jacht dat bij mij had geankerd achter mij aan komen. Ik was solo en motorde een beetje uit hun weg achter de ketting. Met hoornsignalen maakte ik de nomaden kenbaar dat ze niet meer op dezelfde plek lagen.
Pensionadobarbecue
Na een wilde nacht legde ik Windraker weer aan de kade van Preveza en zocht mijn ‘buren’ op. Het bleek een gepensioneerd stel met een klassieke Van der Stadt. Ze hadden eigenlijk genoeg van zeiltochten maar konden het wonen op een boot niet laten. Elk voorjaar gaat de Van der Stadt het water in, tot het te heet wordt. Dan gaat ze er weer uit om in september nog voor twee maandjes het water in te gaan om aan de kade te liggen in Preveza. Naar het schijnt de voordeligste manier om in warme streken te overleven als pensionado. Preveza is gewoon een leuke plek om te liggen met veel restaurantjes en een goede mix van locals en jachteigenaren.
Omdat ze zo aardig waren niet tegen mij aan te drijven heb ik ze uitgenodigd voor een kort zeiltochtje in de Golf van Ambrico en een barbecue. Daar blijkt Windraker uitstekend geschikt voor. Je kunt zelfs gezellig met z’n drieën achter het stuur zitten.
Om Peloponnesos naar Athene
Na Preveza was het tijd om met vriendin en kinderen de Griekse wateren te ontdekken: een rondje Peloponnesos. Mijn vriendin hoorde dat de noordelijke Sporades ook leuk waren. Dus die planden we er ook bij. Als pensionado heb je alle tijd, maar niet iedereen is pensionado. Dus het schema moest zo zijn dat we om de twee tot drie weken een bemanningswissel konden doen. Dit deden we in Zakinthos en Athene. Dat kan vrij eenvoudig. Griekenland heeft veel luchtverbindingen door het uitgestrekte gebied en de eilandjes die allemaal de moeite waard zijn voor toeristen.
Nephavenmeester
Op Zakinthos hadden we de eerste wissel. Een scooter huren was eenvoudig om vriendin naar het vliegveld te brengen en zoon daar op te halen. De gemeentehaven van Zante was spotgoedkoop. Let wel even op dat je je niet laat leiden door nephavenmeesters die je lijnen vriendelijk aannemen; gewoon betalen bij het officiële kantoortje.
Zante – Katakolon, Olympia
Samen met mijn zoon zijn we eerst naar Katakolon gevaren. Een tripje van 15 mijl met de 120 m² grote parasailor op halve wind. Lekker makkelijk een keertje zonder grootzeil.
Katakolon is een grote haven. Vooral bezocht door grote cruiseschepen en jachtjes voor een tripje naar het historische Olympia. En dus ook door ons. Je kunt er met een soort metro van de haven naartoe. Het is de moeite waard.
Aanleggen in Griekenland
Er is geen ontkomen aan: je ligt in alle gemeentehavens voor anker met lijnen naar de kade. In de meeste gevallen helpen de nieuwe, drijvende buren bij het aannemen van lijnen. Bij vertrek uit Katakolon zat ons anker vast aan een anker met ketting dat daar gedumpt was. Gelukkig kwam de boel mee omhoog. Met een haak konden we onze ketting ontlasten en vrijkomen zonder dat we een duiker hoefden te bellen.
Kaap Marathon
Op naar de grotten van Diros. Na Katakolon was het een gordel van Griekse historie en schoonheid. We gingen in etappes via Pylos en de eerste kaap van Peloponnesos aan de oostkust, Methoni, om Kaap Marathon naar Limeni. Ongeveer 90 mijl, bijna vier marathons, om de grotten van Diros te bezoeken. De moeite waard, al was door werkzaamheden maar een klein deel van de grotten open.
Overigens deed de parasailor hier ook weer dienst. Lekker downwind, geen gegijp en afkruis-gedoe. De wind piekte zelfs tot 26 knopen. Na het ronden van kaap Marathon zakte de wind tot minder nagelbijtend niveau en stoven we toch nog met tien knoopjes door de golf van Kalamata naar Lemini. Daar doen we het voor, toch?
Mont St Michel en Grec
De historische stad Monemvasia ligt op een schiereiland op honderd mijl van Lemini. Onderweg ankerden we op drie verschillende plekken. Monemvasia is een echte aanrader, vergelijkbaar met Mont St Michel in Frankrijk maar kleinschaliger. Hier hebben we wat diesel getankt want de motor moest toch regelmatig aan. De volgende haven was Limini Gerakas aan de oostkant van Peloponnesos, een leuk gemeentehaventje in een inham en met een klein meertje. Heel beschut plekje en lekker rustig.
Formule 1 met acht knopen
De spanning was inmiddels aardig gestegen: geslaagd of niet geslaagd. Dat was de vraag. In Kyparissi, trouwens een prachtig plaatsje, was het groot feest en opluchting na een spannende week. Mijn zoon hoorde dat hij geslaagd was voor zijn havo.
Het was dus hoog tijd voor het jetseteiland Spetses. En onderweg Formule 1 kijken, met acht knopen door het water en tien knopen ware wind. Nu ik dit verhaaltje schrijf, verbaas ik mij dat alles rustig op zijn plaats bleef op de boot. Een van de redenen waarom wij multihulls zeilen: toch ook een beetje de Formule 1 van het zeilen. Op Spetses ankerden we tussen de luxe jachten. Gelukkig was het rustig weer want de ankergrond leek nergens op: krabbend anker in de ochtend.
Wat is een Meltemi?
Meltemi is een droge noordelijke wind in de Egeïsche Zee en de oostelijke Middellandse Zee die voorkomt van eind mei tot eind september. Het krachtigst is de wind in de zomer, van juni tot augustus. Afgelopen twee jaar was de Meltimi extra sterk en duurde een langere periode dan gewoon. Naar het schijnt is klimaatverandering hier de boosdoener. Aan de ene kant brengt de wind verkoeling, temperaturen in Griekenland zijn soms wel boven de veertig graden. Aan de andere kant varieert de kracht nogal. Meestal begint het in de ochtend met windkracht vier en loopt het in de middag op naar windkracht zes. Soms veel harder; windkracht negen is geen uitzondering. De wind komt bij heldere hemel. Dus je ziet de Meltemi niet aankomen. Goed de windvoorspellingen volgen.
Poros. Meltemi in internationaal gezelschap
We zagen al in het weerbericht dat er een Meltemi aan te zat komen. Daarom zeilden we naar het noorden, naar Poros, waar we net nog een laatste plekje vonden aan de lagerwalkade. We konden vastleggen met hulp van Israëlische buren en een Belg als pseudo-havenmeester. We waren blij dat we vast lagen want de volgende dagen ging het te keer.
Poros is een eiland zo groot als Haarlem vlakbij Peloponnesos. Als je geen boot hebt, kun je een pontje nemen naar de vaste wal of zelfs met de fastcat naar Athene. Het is een leuk plaatsje om een paar dagen te vertoeven. Ik heb samen met zoonlief een scooter gehuurd en een openluchtbioscoop bezocht (Top Gun). Dit vond ik toch wel een bijzondere ervaring. Sinds Poros ben ik een openluchtbioscoop-aficionado.
Toen de Meltimi uitgeblazen was, zijn we richting Athene Airport gevaren. De laatste etappe met mijn zoon. Hij stapte vanuit ankerplek Vari Bay (Ormos Varis) in de taxi naar het vliegtuig.
Rondje om het Evia eiland
De volgende dag solo van Athene naar kaap Sounion om mijn vriendin op te pikken. De mooie baai bij de Sounion ligt lekker beschut tegen de heersende wind en geeft uitzicht op de pilaren van Sounion. Zestien Dorische marmeren zuilen die nog overeind staan van de in 440 voor Christus gebouwde tempel voor Poseidon, god van de zee. Poseidon kon zo uitkijken vanaf de zeventig meter hoge kaap. Voor ons had hij een leuk baaitje georganiseerd waar hij ons goed in de gaten kon houden en wij hem natuurlijk. We kwamen er weer op de terugweg en beklommen de kaap voor een prachtige zonsondergang.
Evia (Euboea) Eiland is een langgerekt eiland, bijna net zo groot als Kreta maar minder bekend en minder toeristisch. Een bonus voor ons. We zijn er met de klok mee in drie weken omheen gevaren. De tocht ging van Marmari, via Eretria naar Limni. We lagen er in relatief lege baaien.
Overvallen
Ik had goed naar het weerbericht gekeken, maar we lagen in Marmari toch tegen de kade te stuiteren. Door het hoge achterland natuurlijk! Hierdoor kon de wind toch vat krijgen. Het is met dat achterland moeilijk de windvoorspelling in richting en sterkte te vertalen naar de locatie waar je bent. Een solozeiler die ik daar sprak, zei dat hij in deze regio liever voor anker ligt dan voor de kant. Gelukkig geen schade maar flink poetswerk was nodig om de romp weer te laten shinen.
Brug op zijn Grieks
Net als bij ons gaan niet alle bruggen de hele dag open. De brug van Chalkis is een van de twee bruggen die Evia verbindt met het Griekse vasteland. Om het verkeer niet teveel te belemmeren mag het scheepvaartverkeer er midden in de nacht doorheen. Na betaling anker je in de baai of lig je aan de wachtkade. De opdracht is dan om uit te luisteren op de marifoon, de hele nacht. Toen de marifoon tot leven kwam moesten we met militaire precisie in slagorde door de smalle brug die in het wegdek verdwijnt. Het is best wel spannend en tegelijk vermakelijk. De verkeersregelaar kaffert sommige verwarde en slaperige schippers uit over de marifoon, ik denk omdat ze voor hun beurt gaan.
Wij hadden ons lesje in Marmari geleerd. We waren de dag ervoor even naar de wachtpier voorbij de brug gelopen om te kijken hoe de conditie daar was. Niet goed: lagerwal. Dus vijf mijl verder gingen we voor anker. En we bleven twee dagen liggen om uit te rusten van de wilde nacht tevoren.
Grieks getij: Aristoteles krabt zich op de bol
De stromingen verplaatsen zich in dit gebied zes uur lang in noordelijke richting. Onmiddellijk daarna volgt een periode van ongeveer acht minuten waarin het water stil blijft staan: doodtij. Na de volledige stilte van die acht minuten, verandert het water van richting, keert om en stroomt zes uur naar het zuiden. Dit met een snelheid van zes knopen. Een wonder. Zelfs de befaamde Griekse filosoof Aristoteles kon hier geen touw aan vastknopen en gaf het op. Je zal dan ook geen getijdetabel van dit gebied vinden.
Chalkis-Orea
Dat de hoge bergen op Evia niet alleen zorgen voor verrassingen aan de kade, maar ook het zeilen beïnvloeden, bleek na die twee dagen. We zeilden naar Orea met nieuwe vrienden van de ankerplaats. We moesten de eerste twintig mijl opkruisen in een vlagerige, van richting veranderende wind. Dit inderdaad door de gigantisch hoge bergen op Evia aan stuurboord.
Het viel mij op dat Windraker als catamaran met gemak betere slagen maakte dan de enkelromper van onze vrienden. Ze hadden wel een uitgewaaid zeilenpakket. Het geeft weer aan dat de conditie van de zeilen uitmaakt. De rest van de zestig mijl naar Orea in het noorden van Evia ging als een trein. Het was weer genieten met de Windraker. Zelfs de screecher nog uitgelaten. Maar de wind was zo wisselvallig qua kracht en richting dat we dat maar hebben opgegeven.
Storm op Skiathos?
In Orea, in het noorden van Evia, gingen we voor de kant om te foerageren. Ik kan het dorpje Orea de classificatie van een ‘heel leuk plekje’ geven.
Het noordelijke Sporadeneiland Skiathos was de volgende stop. Een heerlijk tochtje met een top van negen knopen. We ankerden op verschillende plekjes: mooie traditionele dorpjes en prachtige stranden. In een leuk stadje een lekker terrasje gepakt. Het was heerlijk tot de wind in één keer opstak. Ik dacht: “Waar komt die wind vandaag vandaan, die was niet vermeld op de vele apps die ik gebruik!” Schrik: “Hoe ligt Windraker er nu bij achter het anker met deze wind?!” Mezelf omdraaiend kwam ik erachter dat de serveerster een mega-ventilator had aangezet voor de oververhitte gasten. Phew. Dan nog maar een koud biertje om een beetje te ontspannen… stresskip.
Tot nu toe de Meltimiwind goed kunnen ontwijken. Die is in Sporaden gelukkig niet zo extreem sterk als in het zuiden.
Mama Mia
Na Evia was het vooral eilandhoppen. Alonisos, Skiris en te beginnen met Skopelos, bekend van de ABBA-film Mama Mia 1. Het kerkje op de rots uit die film moesten wij natuurlijk met het scootertje ontdekken. Geen aanzoek gedaan, volgende keer wellicht.
Het was dat we op tijd terug moesten zijn in Athene voor een bemanningswissel, anders waren we graag langer in de noordelijke Sporaden gebleven. Dus met de wind mee terug richting Athene. Weer de parasailor zijn geld laten verdienen met acht knopen in twaalf knopen wind op 170 graden. Vlakbij de zuidkaap van Evia haastig de parasailor in de zak gedaan. Op het goede moment, want de wind trok flink aan. De kapen tussen Evia en Andros-eiland zijn berucht om hun windversnellingen. Gelukkig vonden we net op tijd een oppertje uit de wind om voor anker mentaal bij te tanken.
Stapel stenen
De volgende bemanningswissel was aanstaande. Mijn vriendin ging weer werken en mijn zoon en dochter monsterden aan voor hun zomervakantie. Op naar de Acropolis in Athene. Betaalbare plekken zijn er niet aan deze kust bij Athene. Als ze er al zijn, moet je van tevoren betalen. Doen we dus niet. We ankerden om de hoek van Vari Bay, waar ik eerder mijn zoon op de taxi had gezet naar het vliegveld. Anker niet te dicht bij de wal want daar krijg je last mee. De havenpolitie vond dat we te dicht bij een natuurgebied lagen. Ook al was daar niks van te zien op de zeekaarten die we in verschillende vormen aan boord hadden.
Een van onze zeilvrienden hield ons scheepje in de gaten. Gelukkig was er een publiek strandje waar we gebruik van konden maken, want op de vele privé-/hotelstranden ben je niet welkom als arme zeilsloeber in je bijboot. Acropolis was zeker de moeite waard en ook mijn opgroeiende kinderen hadden plezier in het kijken naar oude, opgestapelde stenen.
Suez, Panama en Korinthe
Een aardverschuiving zorgde ervoor dat het twee jaar dicht was, maar we konden er nu doorheen. Het Kanaal van Korinthe stond nog op mijn bucketlijstje na het Suez- en Panamakanaal die ik in mijn scheepvaartdagen doorkruist had. Dit keer dus in mijn eigen scheepje. Een onvergetelijke ervaring voor schipper en bemanning. Nadeel was wel dat ik zelf de 250 euro kanaalfees moest betalen en niet werd betaald.
Wat is het Kanaal van Korinthe?
Het Kanaal van Korinthe is een kunstmatige waterweg tussen het vasteland en Peloponnesos. Het verbindt de Egeïsche Zee met de Golf van Korinthe. Keizer Nero had het al eens geprobeerd, maar het werd uiteindelijk aangelegd eind negentiende eeuw op de plaats waar de landengte van Korinthe op zijn smalst is. Het kanaal is lijnrecht. 6,3 km lang, 23 meter breed en zo’n 8 meter diep. Het duurste kanaal ter wereld per afgelegde meter.
Delphi en Heiligdom van Apollo
Na kort uitblazen in de gratis gemeentehaven van Korinthe gingen we in één flinke ruk de golf van Korinthe door. 36 mijl naar Itea, waar we twee dagen lagen om een auto te huren en de toerist uit te hangen. We bewonderden de opgravingen van Delphi en Apollo, maar gingen ook even de bergen in waar in de winter geskied kan worden. Heerlijk even afkoelen van de julihitte.
We noemden al Oreo, maar een andere zekere aanrader is Galaxidi, aan de overkant van Itea. We lagen er voor anker. Beter is een paar daagjes voor de kant te liggen, leuk dorpje, gaan wij een volgende keer doen.
Je moet ze tevreden houden
Ik heb ontdekt dat je in meeste gemeentehavens dezelfde heel schappelijke prijs betaalt. Soms met water en elektra maar nooit met toiletten en douches. Al helemaal niet met wasmachines. Die moet je zelf vinden. Gelukkig draag je weinig kleren in de zomer daar. Windraker is nu helemaal selfsupporting. Ik gebruik bijna nooit stroom van de wal. Ik ga komend seizoen nog een klein 500 watt-element installeren om eind van de dag met de extra zonnestroom de boiler nog even op te piepen voor een lekker warm doucheje. Voor het vriendinnetje. Je moet ze tevreden houden toch?
Naval station en Bullet Train
Na de gemeentehaven bij Trizonia ankerden we bij Nafpaktos. In vroegere tijden een belangrijke Atheense marinebasis. Met een prachtig kasteel op de berg. Zorg dat je niet voor een dichte poort komt; ga dus eerder op weg dan wij. In Nafpaktos hebben we onze openluchtbioscooptraditie voortgezet en Bullet Train gezien. Hoop herrie, heb medelijden met de buren want die genieten elke avond mee. Deze openluchtbioscoop heeft nog een andere bijzondere eigenschap. Je kunt je boot van boven in de gaten houden. Tijdens Bullet Train niet nodig, maar de volgende dag wel. De wind draaide en werd harder: het anker krabde. Anker op en opnieuw proberen. We waren niet de enige. De 2 to Tango, van Ger Baijens, lag er ook met hetzelfde krabbend anker-probleem.
Pech met grootzeil
Zakinthos
Zakinthos, Laganas Beach is de ideale plek om voor anker te gaan. Beschermd tegen de heersende noordelijke winden lekker uitrusten en zwemmen en zo. Om er te komen moet je vanaf Nafpaktos, via Messologhi, wel onder de indrukwekkende Rionbrug door. Dit is een 2,4 km lange hangbrug die Peloponnesos met het vaste land verbindt. Als je de brug nadert moet je contact met ze opnemen via de marifoon. Je krijgt instructies om drie pilaren links en een rechts te passeren. We pasten er natuurlijk makkelijk onderdoor.
Hybride zeilen
We voeren met ruime wind en moesten een gijp maken om in Messologhi te geraken. Dat ging goed totdat ik omhoog keek en tot mijn schrik en ontzetting zag dat mijn mooie, zes jaar oude, kevlar versterkte grootzeil van voor tot achter gescheurd was onder het eerste rif. De rest van het seizoen hebben we gevaren met een rif in het grootzeil. Dat ging prima overigens. Volgens experts hebben dit soort zeilen geen lange levensduur, helemaal niet met de zon erop in het zuiden. Ze falen spectaculair. Het volgende zeil wordt dus geen laminaatzooi maar een hybride polyester zeildoek, alles is hybride tegenwoordig dus dit dan ook maar.
Sirtaki
Zakinthos was een mooi moment om de bemanningswissel te doen en de boot in Messologhi een maandje vrij te geven, zo ook de schipper. Daarna zijn we rustig teruggevaren naar Preveza, onderweg lekker luierend op mooie ankerplekken en in baaitjes genietend van souvlaki’s en sirtaki ;-). De Odycirkel is rond.
Tip: Navily
De App Navily is de sleutel om jezelf te informeren over havens en ankerplekken en reviews te lezen van lotgenoten, je zou haast zeggen dat zo’n app de klassieke pilotboeken overbodig maakt.
Afsluitend
Met de getimede bemanningswisselingen konden we grote afstanden afleggen en een groot deel van Griekenland met zijn oudheden zien. We konden wegblijven van het charterlegioen wat een stuk relaxter is met betrekking tot het vinden van een plekje voor de nacht. Griekenland is onze favoriete bestemming. Door de combinatie van Griekse gastvrijheid, historie, mooie veilige beschikbare ankerplekken en ook nog redelijk betaalbare prijzen. Nou niet allemaal in een keer daarheen stuiven, want het wordt daar toch ook wel erg druk soms. Maar waar wordt het dat niet tegenwoordig?
Lees meer over de reizen van Windraker op de SailBlog-pagina van Peter.