Follow your dreams
Zomertrip naar het multihullparadijs: Millbrook UK
Al drie jaar stond de tocht naar Zuid-Engeland en de Kanaaleilanden op de agenda. Corona gooide echter roet in het eten. Maar half juni dit jaar staken Marianne en Maarten van wal. De reis naar Cornwall blijkt een hoogtepunt in het zeilersleven.
Maarten Bakker
Het schip glijdt met ruim acht knopen vredig en lichtvoetig voort door de zee. De zon komt op en verdrijft de donkere wolken. De wind, slechts een zachte koelte uit het noordoosten, is precies voldoende om de zeilen te bollen, het zog kabbelt lustig en vriendelijk door de golfjes. Langzaam verdwijnt de Franse kust aan de horizon en na enige tijd vertonen de Engelse kliffen in het noorden een glimp. Tussen de noord- en zuidgaande scheepsroutes van het verkeersscheidingsstelsel maken we goede voortgang in westelijke richting. Over een paar mijl steken we de tweede dwars over.
De rust en de ruimte, het voortbewegen, de boot, de zee en de wind, de blauwe hemel, de zon, nog laag aan de oostelijke horizon, scheppen een tijdelijk maar volmaakt universum. Even is er niets anders meer dan dit. Voor een ogenblik zijn alle zorgen van de wereld en deze tijd ver weg. De geest herleeft.
Gáán
Dankbaarheid vervult het hart. Ik wilde deze reis naar het zuidwesten van Engeland al zo lang, maar altijd ontbrak de tijd of de energie voor een langere trip. De banden met werk, de focus op verplichtingen en twee jaar corona belemmerden de stap van droom naar daad. De huidige boot hebben we echter niet voor niks. ‘Jullie moeten nu gáán!’ Zeiden goede zeilvrienden die zelf al jaren het voorbeeld geven. Dus na tal van grote klussen, en eindeloze kleine, en ondanks de vermoeiende naweeën van corona gooien we de trossen los. Met het vroege ochtendtij vertrekken we uit IJmuiden en omdat de wind uit de goede hoek komt, besluiten we daar zo lang mogelijk van te profiteren. Stellendam, de Roompot en Vlissingen varen we voorbij en uiteindelijk leggen we avonds laat aan in de kleine jachthaven in Oostende. Voor een hazenslaapje want de volgende ochtend vroeg zeilen we met het vroege ochtendtij door naar Boulogne-sur-Mer. Bij Calais maken we een tijstop, voor anker langs het strand. Met licht weer kan dat goed. Best spannend, met laagwater spring komen vlakbij enkele houten wrakken boven water uit. Ze staan op de kaart maar het blijft altijd een alarmerend gezicht. Er komen ook twee zeehonden kijken, die houden wel van wat vertier in tegenstelling tot wat we in Nederland van ze denken.
Frankrijk
Onder buitengewoon rustige omstandigheden passeren we op het avondtij de elegante Cap Blanc-nez en de brute Cap Gris-nez. We zijn hier vaker geweest maar het blijft altijd een tot de verbeelding sprekende zee-engte. De kliffenkust was het toneel van indrukwekkende geschiedenissen, al vanaf de tijd dat de Romeinen vanuit deze kust Brittannië veroverden. Tot de zestiende eeuw sprak de bevolking hier nog middeleeuws Nederlands, vandaar Duinkerken (Dunkurque). Ooit zei een Fransman uit deze regio tegen mij: ‘Ik kan u wel verstaan hoor!’ Hoe dan ook, met de zachte bries en stroom mee bereiken we als de avond valt Boulonge. Ik maak er nog een pittige, nachtelijke wandeling door de stad met twee jerrycans benzine. De havenstad maakt een serieuze en wat sombere indruk. Door en door Frans.
Engeland
Omdat we naar het westen varen, pakken we opnieuw het ochtendtij om de oversteek te maken. Om vijf uur steken we van wal. Het ritme wordt gewoon, we houden het vast tot we in de Plymouth Sound zijn aangeland. Het wordt een mooie rustige tocht en na een paar uur komt Beachy Head in zicht. Ik passeerde de kaap 35 jaar geleden voor het eerst, nu met de Yamkat. Onze wat karaktervolle catamaran komt uit deze streken, zij zag deze kust tientallen malen. Ik vraag me af: wat zou ze denken, áls ze dat kon, na drie seizoenen in het zompige zoet van ons kleine kikkerlandje? Ze danst lichtvoetig over de golfjes alsof ze wil laten zien hoe blij ze is hier weer te zijn.
‘Hier’ is alles groot, de zee, de kliffenkust, het zeilen op het Engels kanaal, en het eiland zelf uiteraard. Ook de samenleving en de issues die er spelen zijn meer uitvergroot dan bij ons. Extreme rijkdom en poverty bijvoorbeeld. De landen aan het Engels Kanaal zijn elkaars geografische spiegelbeeld, het getuigt van een groots geologisch verleden. Maar ook politiek-filosofisch staan ze vaak lijnrecht tegenover elkaar. De Fransen zijn humeurig en in elk opzicht altijd serieus en koesteren een grote rol voor de Staat. Engelsen zijn pragmatischer en hebben hun afstandelijkheid met humor tot levenskunst verheven. Dat merken we meteen bij aankomst in Eastbourne, de harbourmaster, die tevens de sluis bedient, maakt van bijna elke zin een grap. Very welcome feeling.
Zeilmekka
Eastbourne is een praktische tussenstop op weg naar Wight maar we doen de stad ook aan om een lang gekoesterde wens te vervullen, een bezoekje aan Mariannes vriendin Clare, die hier alweer jaren woont. Ze leerden elkaar kennen toen Marianne een poos in Engeland werkte. Gedisciplineerd pakken we de volgende ochtend het dwingende ritme weer op. We verlaten Eastbourne en passeren even later de kaap, Birling Gap en de Seven Sisters, een indrukwekkende, ongenaakbare kust met hier en daar een kleine inham.
Bij Littlehampton slaat de stroom om en we besluiten van de gelegenheid gebruik te maken. Een erg lief haventje waar we spijtig genoeg weer vroeg vertrekken op weg naar Cowes en Yarmouth. Toeristische hoogtepunten in het zeilmekka van de zuidkust die meer aandacht en tijd verdienen maar we willen door zolang de wind een bezeilde koers mogelijk maakt.
Een dwingend ritme
Daarom gaat voor de zesde dag op rij om vijf uur de wekker, staat de ketel met water op het gas voor de thee en worden de motoren gestart. We trekken de zeilkleding aan. Het is de kortste nacht van het jaar dus als we buiten zijn staat de zon al ruim boven de horizon. En gelukkig staat er weer net genoeg wind om te zeilen. Deze keer ronden we Portland Bill, een van de beruchtste kapen langs de Engelse kust vanwege de snelheid van het tij en de extreme stroomrafelingen. Met het lichte weer blijven we dicht onder de kaap, een enerverend tripje. Na de schoonheid van Yarmouth en Weymouth blijkt Dartmouth de overtreffende trap. In hoogzomer moet je hier misschien niet willen zijn maar nu is het echt de moeite waard, zowel de stadjes als de natuur zijn van ongeëvenaarde schoonheid.
Circusact
Met het laatste restje oostenwind, naar zuidoost draaiend en altijd de voorbode van een naderende weersomslag, ronden we Startpoint. De kaap waar het Engels Kanaal min of meer overgaat in de Golf van Biskaje. Een klein gezelschap dolfijnen komt ons voor de boeg begroeten met een verrukkelijke circusact. Een feestelijk welkom! We worden er vrolijk van.
Een paar uur later haken we vast aan de steiger van Plymouth New Haven, waar we de hoogste prijs per nacht betalen. Windveren verschijnen aan de lucht en ‘s avonds komt aan het heerlijke, zachte zeilweer een eind. De volgende dagen is het een afwisseling van ‘drizzle and rain’ en een bij vlagen erg venijnige wind uit het zuidwesten. Gebruikelijk Engels zomerweer met hooguit 14 graden. We besluiten hier te blijven, verwaaid liggen hoort er tenslotte bij en na de inspanningen van de reis is dat op deze bijzondere plek zeker geen straf. Integendeel! Plymouth is een marinehaven met veel industrie, een beetje als IJmuiden of Den Helder maar het ligt middenin een wonderschoon estuarium op de grens tussen Cornwall en Devon. De Tamar en Saint Germans River zijn goed verborgen schoonheden om te ontdekken.
Multihullparadijs
Het absolute hoogtepunt van de reis is echter Millbrook Creek. Een zijarm van de Tamar. We liggen aan het droogvallende steigertje bij het Multihull Centre en MultiMarine, de werf waar de Dazcats worden gebouwd. In meer opzichten een fantastische plek. Terwijl de wind onstuimig door het want jaagt en de regen klettert op het dek, is het hier relatief comfortabel. Het is er heerlijk wild en groen. Na de drukte van de zuidkust en de grote haven van Plymouth een omgeving waar je je kunt laven aan de rust en natuurlijke schoonheid.
De werf van Darren Newton en Multimarine ziet er plezierig rommelig uit, het is een ander Engeland dan de poshy wereld van Cowes en de sjieke dure marina’s aan de zuidkust, geen opsmuk maar puur. We voelen ons er thuis, er liggen mooie schepen en er verblijven leuke mensen op de schepen op de werf. Een echte multihull community. Op de werf worden cats gebouwd die behoren tot de mooiste van de wereld. De Dazcats zijn knap geconstrueerde schepen die met veel liefde en vakmanschap worden geproduceerd. We krijgen een rondleiding over de werf, door Simon Baker, en we spreken Darren Newton. Ze zijn met mooie, nieuwe projecten bezig.
Bijzondere ontmoeting
Ooit zag onze boot hier het levenslicht, 28 jaar geleden, in een andere tijd en door andere mensen gebouwd maar met dezelfde geest.
We maken een afspraak met Richard Woods, de ontwerper van onze boot. Hij woont in Torpoint, niet ver van Millbrook en hij moest er toch even zijn. Het is erg leuk om hem te ontmoeten en uitgebreid te kunnen spreken over zijn werk en passie: ontwerpen, bouwen en zeilen, bij voorkeur met multihulls. De bouw van onze boot, een gemodificeerde Scorpio/Sagitta, kan hij zich nog goed herinneren en hij vertelt ook meer over het ontwerp en de zusterschepen die hier in een aantal varianten in de rivier aan steigers of moorings liggen. Leuke verhalen. We horen van hem ook meer over de geschiedenis van de werf en de verschillende bouwers die er hebben gewerkt. Pat Paterson begon in de jaren zeventig en bouwde hier onder andere de Heavenly Twins en de grotere Twins en schepen van andere ontwerpers. Later namen zijn zoon Pip en Debbie het over. Eind jaren negentig kwamen Darren Newton en Dazcat in beeld. Onze boot is hier ook gebouwd door Alan, een van de bouwers die hier al decennia werken.
Richard kan zich wel vinden in de aanpassingen die ik aan het achterschip heb gedaan en vindt de snelheidsprestaties ook significant. Dat is een opluchting want hij houdt er niet zo van als mensen aan zijn ontwerpen knutselen. ‘You can not see the joint,’ roept hij met verbazing uit. Ook het stuursysteem vindt hij ingenieus.
Hij houdt bijzonder van dinghy sailing dus hij bekijkt onze zeilende bijboot met interesse. Richard is inmiddels 67 jaar oud en ziet er kerngezond uit. Als ik hem vraag naar zijn plannen vertelt hij dat hij nog wel ontwerpt maar slechts af en toe. ‘It is a kind of playing really, it makes me happy.’ Een prachtig motto voor een leven lang spelen met boten.
Opnieuw op weg
Na een week, en een paar prachtige wandelingen in de regio, vertrekken we. De wind blijft bruut uit het zuidwesten waaien dus we besluiten terug te gaan, Clare op te halen in de buurt van Portland of Poole en naar de Kanaaleilanden te zeilen. Maar deze twee weken, de dagen in deze prachtige kreek, de bijzondere werf en de aardige mensen, de reis ernaartoe, overtroffen onze dromen en verwachtingen. Een conclusie die uit dit alles mogelijk valt te trekken is dat zowel de wens om te spelen zoals Richard dat uitte, als het koesteren van dromen zoals de bouwers en de zeilers in Millbrook naar hartelust doen, geweldige drijfveren kunnen zijn. Het brengt je in ieder geval naar nog niet verkende nieuwe streken!